50 jaar Sorghvliet

Eeuwenlang heerste achter de huizen en boerderijen aan het Veendammer Boven Westerdiep rust. Op de bouw- en weilanden – die zich uitstrekten tot aan Borgercompagnie – hinnikte wel eens een paard, maar de aardappels groeiden er vooral in diepe stilte. Tot op een dag in 1964 de kranen, bulldozers en draglines grommend het vlakke land oprolden, hun silhouetten zich aftekenend tegen de horizon als de dinosauriërs in Jurassic Park.

Wolkenkrabbers voor Veendam
Stedenbouwkundigen kijken vaak ver vooruit. Terwijl in de naoorlogse uitbreidingswijk Plan Noord nog volop werd gebouwd, viel de blik van de plannenmakers al op een ander deel van Veendam voor woningbouw op grote schaal. Niet alleen was er enorme achterstand in de huizenvoorraad voor de bestaande bevolking, ook de generatie van babyboomers, geboren vanaf 1945, moest op termijn worden gehuisvest. Bovendien had Veendam groeiambities. 
De eerste berichten over de ambities verschenen in 1959 in de krant. ‘Groot uitbreidingsplan voor tienduizend mensen voor kerngemeente Veendam’ kopte het Vrije Volk dat jaar. Al die mensen zouden moeten worden ondergebracht in ‘zeven wolkenkrabbers, gebouwen met drie tot vier verdiepingen.’

29 September 1965
Maar gemeente en bevolking bleken niet veel te voelen voor deze vorm van hemelbestorming. De plannen werden bijgesteld; in plaats daarvan kwam de wijk Sorghvliet I, met vrijwel uitsluitend laagbouw, vanaf 1965 van de grond. De huizen waren zowel bestemd voor kopers als huurders. Het gereedkomen van de eerste woningen aan de Galjootstraat – van de Bouwvereniging Veendam, een voorloper van Acantus – was op 29 september 1965 aanleiding voor een plechtig moment. Een hardstenen plaquette siert er nog steeds de gevel. 
Het landelijk karakter bleef nog bestaan zolang de wijk in aanbouw was. Harm van der Veen, vanaf 1968 woonachtig in de Schoenerstraat, heeft nog herinneringen aan ongewenste medebewoners: ‘moezen!’ ‘Tot Börkomnij aan tou was t aal nog baauwland. Elk nojaor stikte t in hoes van de veldmoezen.’

Op 29 september 1965 werd de eerste steen onthuld van het plan Sorghvliet en ontvingen de eerste bewoners de sleutels. Klik op de afbeelding om groter te maken.

"Veendam groeide als een vlek op een aquarel: een omgevallen glas penselenwater. De wijken hadden Wildervank bereikt. De vlakte van ons kille uitzicht uit het raam in de eethoek was een toneel van planologen."

Bloemkool en spoorbiels
Na Sorghvliet I volgen nog de nummers II tot en met V. De continue uitbreiding is treffend beschreven door Nanne Tepper in diens novelle De avonturen van Hillebillie Veen:

"Veendam groeide als een vlek op een aquarel: een omgevallen glas penselenwater. De wijken hadden Wildervank bereikt. De vlakte van ons kille uitzicht uit het raam in de eethoek was een toneel van planologen."

De veranderende stedenbouwkundige inzichten zijn goed af te lezen aan het karakter van de wijken. Had Sorghvliet I nog een redelijk overzichtelijke opzet, de latere wijken kregen steeds vaker het karakter van woonerven, waarvoor toepasselijke benamingen bestaan als ‘bloemkoolwijken’ - vanwege de structuur vergelijkbaar met roosjes van een bloemkool - en 'verdwaalwijken’. Naar aanleiding van een in de jaren '70 favoriete vorm van tuindecoratie werd ook wel gesproken van ‘spoorbielswijken’.
Uitgangspunt voor deze opzet was ‘terug naar de menselijke maat’: de wijken zijn besloten van karakter, met hofjes, de huizen geschakeld of met meer gevarieerde typen. Wonen en (doorgaand) autoverkeer werden zo veel mogelijk van elkaar gescheiden gehouden – denk aan de aanleg van de Sorghvlietlaan die de meeste buurten ontsluit. Verder lag de nadruk op veel groen en water.

Voor altijd nieuwbouw
Het karakter van Sorghvliet is in een halve eeuw begrijpelijkerwijs wel veranderd. Werd de wijk aanvankelijk bevolkt door voornamelijk jonge gezinnen, tegenwoordig ligt de gemiddelde leeftijd er wat hoger. Een goede graadmeter daarvoor is het aantal basisscholen. Het eerste onderwijs werd in de tweede helft van de jaren '60 gegeven in twee noodlokalen van de Kazemierschool. Van de scholen die daarna volgden, zijn een aantal al weer verdwenen of gefuseerd: 't Kompas, De Werf, Burgemeester Napschool, Zuidenveldschool en De Schakel. 
Een deel van de wijk, vooral in de 'oude' straten in Sorghvliet I, heeft inmiddels een make over gekregen, waarbij rijtjeshuizen werden samengevoegd. Maar tot in lengte van dagen, misschien wel tot ver na het honderdjarig bestaan, zal Sorghvliet het etiket van nieuwbouwwijk dragen.